Fietsreis Colorado - Utah.
Denver - Gunnison - Grand Junction - Moab - La Sal - Grand Junction
september 2022
TRIPLOG
▲ = gekampeerd in tent (camping/wild)
Dag 1, 30 aug : vlucht Brussel – Keflavik – Denver. Transfer met hotelshuttle naar Baymont hotel.
Dag 2, 31 aug: fietsen in elkaar steken, fietstassen vullen, naar Wallmart fietsen in 32° en op zoek gaan naar een hotel in de onmiddellijke buurt die bereid is onze fietsdozen en bagage voor een maand te bewaren. Pfff, hopelijk een betere nacht nu : 19 km, 17.8 gem, 1u05.
▲Dag 3, 1 sept: eerste fietsdag. Via de Rei (de AS Adventure van de US) in Greenwood waar we twee grote gasflesjes kopen, golvend op en neer en pokkeheet. Inkopen doen in Sedonia en aanvankelijk licht klimmend op de 67 maar bij het begin van de "Jarre canyon" plots steil naar boven tot we moe en uitgeput kampement maken op de Indian Creek campground. Alle plaatsjes zijn ingenomen maar we spijkeren ons tentje op de lege plaats van de camphost. De enige waterkraan is defect na een blikseminslag en een vriendelijke man geeft ons net geen 2 gallon water (2x 3.78 l) : 86 km
▲Dag 4, 2 sept : weeral zeer vroeg wakker, die jetlag krijgen we maar niet verwerkt. Dus ook vroeg vertrokken. Op de 67 zuidwaarts en via een onverharde verbindingsweg langs de South Platte River, mooi en bijna vlak tot op de kruising in Deckers. Daar links verder op de 67 en klimmen tot 2420 m en dan verder afdalend gevolgd door licht klimmen tot aan de Painted Rocks campground. Ook hier kunnen we via de camphost net het laatste vrije plekje betrekken. Het is nog vroeg maar zijn gekookt en moe door de jetlag, de hitte en het klimmen; 54 km, 13,5 gem, 4u.
▲Dag 5, 3 sept : Vanop de campground (met mooie rotsformaties verspreid rond de camping) verder op de 67 af en toe op fietspad, 12 km verder in Woodland Park rechtsaf op de zeer drukke 24 en klimmen tot de Ute pass (2810 m). Iets voorbij Florissant (paar huizen, general store) linksaf op de 46 onverhard die al snel overgaat in de even onverharde 98. We zijn blij het drukke verkeer van de 24 achter ons gelaten te hebben. Af en toe een steile klim en kronkelend naar Eleven Mile Canyon reservoir. Een onweer dreigt maar passeert netjes achter ons door. Een paar km voor het Eleven mile canyon meer kamperen we wild op 2730 m hoogte: 57 km, 12,6 gem, 4u32.
▲Dag 6, 4 sept: Vanop kampement verder op de 98 langs het meer, meestal goed gravel, op veel plaatsen ook wasbord. 9$ om door het Eleven Mile Canyon SP te rijden (betalen we niet). Eenmaal voorbij het meer, verhard en bij de General Store terug gravel tot op de 24 bij Hartsel. Praatje gemaakt met bikepacker Karim en verder op de drukke 24 tot aan de 2e afslag naar het Antero Reservoir. Grote gratis camping aan het meer (2730) en er was nog plaats ! Wel veel muggen ! 55 km, 14,9 gem, 3u42.
Dag 7, 5 sept : ’s Morgens praatje met vriendelijke Amerikaan die ons 2 gallon water geeft en rond 10.00 u weg tot op de drukke 24. Vandaag maandag Labor Day en zeer druk verkeer. Op Antero junction linksaf en voor we ’t beseffen staan we op de Trout Creek pass (2890 m). Dan volgt een lange mooie afdaling tot in Buena Vista. We checken in op de Buena Vista Overlook campsite en boeken een hutje. In de late namiddag fietsen we nog naar het kleine stadje en eten pizza bij Domino’s in Johnson village. ’s Avonds pintje slurpen op de porch van onze hut; 48 km, 19,7 gem.
Dag 8, 6 sept: Rustdag in Buena Vista, ontbijt op de camping, in de late ochtend naar Buena Vista, winkeltjes doen, lunch kopen en de Arkansas rivier rapids checken op kajakkers. Vanaf 15.00 IPA’s proeven in de Eddyline brouwerij én verslag schrijven voor Facebook. Hamburger bij Eddyline en in het donker weer naar onze hut : 22,6 km.
▲Dag 9, 7 sept: vanuit de camping via Buena vista’s Main Street over de 24 en de 306 richting Cottonwood Pass. Vermits we het hoogteverschil van 1300 m naar de pas waarschijnlijk niet halen spreiden we de beklimming over 2 dagen. De klim dag 1 valt best mee, af en toe een steil stuk en rond 13.30 houden we al halt thv een zijwegje dat afgesloten is met een slagboom. We vinden er een mooi plekje ver van de niet drukke pasweg, tussen de bomen langs een riviertje. We hebben 800 m geklommen en zitten nu op 3.200 m. En dat voelen we aan de ademhaling en wat duizeligheid. We sprokkelen hout, koelen onze pintjes in de rivier en schuilen even in de tent voor een milde en korte dondervlaag. ’s Avonds krijg ik ondanks het natte hout toch een kampvuurtje in gang : 29 km, 9,9 gem, 2u56.
Dag 10, 8 sept: Na een beerloze nacht klimmen we verder, nooit al te steil en uiteindelijk met een aantal haarspeldbochten tot de 3696 m hoge Cottonwood Pass (Continental Divide). Dan volgt een lange afdaling tot aan het Taylor Reservoir waar we eventjes weer wat moeten klimmen. Vervolgens aan de dam op de 742 in de Taylor River Canyon naar beneden tot de junction met de 135 all the way tot op de KOA campground van Gunnison waar we een basic hutje huren (2340m). Later eten we bij de Mexicaan in Gunnison stad en shoppen in de Selfway: 97 km, 19 km gem, 4u45
▲Dag 11, 9 sept: Vanuit Gunnison daalt highway 50 verder af, is niet al te druk en loopt vervolgens een lang stuk langs de Blue Mesa Reservoir. In Sapinero (2320) slurpen we nog een Cappucino en kopen we water want even verder slaan we rechtsaf over de dam op de 92 en begint de klim naar de North Rim van de Black Canyon of the Gunnison. Het gaat moeizaam bergop en af en toe kunnen we in de canyon piepen. Na een lange lus weg van de canyon wordt het echt lastig. Wind tegen, water dat bijna op is en het blijft maar klimmen. We zwaaien telkens er een wagen passeert met onze lege fles en al vrij snel stopt een vriendelijke man en geeft ons 2 liter. Uiteindelijk stoppen we uitgeput en gedehydrateerd (te lang gerantsoeneerd) aan de Hermits Rest Overlook (2740m) waar we ons tentje neerplanten in de buurt van de shelter. Pffff, zware dag; 73 km, 13,7 gem, 5u19
▲Dag 12, 10 sept: een vriendelijke dame geeft ons ’s morgens een peche, nectarine en wat water en we vertrekken vanuit ons kampement. Het klimt nog een paar km, maar dan kunnen we eindelijk de afdaling richting Crawford inzetten. Een paar km voor het bereiken van Crawford slaan we linksaf op de Black Canyon road (2020) en begint het weer flink te klimmen in golfjes. Het wegje kronkelt links, rechts en halverwege het nationale park gaat het over in gravel. We vragen en krijgen halverwege nog water van een wagen vol jonge gasten (cannabiswalmpje incluis) en uiteindelijk installeren we ons rond 14.00 op één van de nog resterende plaatsjes van de camping in het N.P. (2.350m). Toch weer zwaar, het gebrek aan winkeltjes of bebouwing maakt dat het moeilijk is genoeg water in te slaan. Gelukkig zijn er de immer behulpzame Americano's :53 km, 15,5 gem, 3u25.
▲Dag 13, 11 sept: Rustdagje vandaag, we blijven in Black Canyon of the Gunnison National Park en slenteren eerst het Chasm viewpoint trail. Daarna wandelen we de langere Exclamation trail. De zon schijnt recht in de diepe kloof en het zicht is fenomenaal. Rond 14.30 zijn we terug aan de tent eten we wat, maken praatje met Greg een Amerikaanse fietser en rond 16.30 fietsen we nog de North Rim road (7km) die op een zestal plaatsen een adembenemend uitzicht biedt op de kloof. We kijken wel tegen de zon in, maar het blijft indrukwekkend. Die avond stoken we nog een flink kampvuurtje: 15 km, 14,6 gem, 56 min.
Dag 14, 12 sept: Terwijl Katrien op de camping blijft rij ik nogmaals onbepakt de North Rim drive, maar nu 's morgens zit de zon goed. Pas rond 11.15 vertrekken we bepakt. Bergaf via Crawford en verder op de 92 bergaf via Hotchkiss. Daar eten we een hamburger in de plaatselijke tent en worden we zowaar aangesproken door de Amish (strenge protestantse geloofsgemeenschap) die al heel de dag per auto (ze worden rondgereden door een burger want zij mogen geen gemotoriseerd vervoer gebruiken) dezelfde route volgen. De 92 is ondertussen een drukke weg geworden en licht dalend arriveren we rond 17.00 u in Delta (1510 m). Overnachting in de Quality Inn. 85 km, 18,1 gem, 4u41
Dag 15, 13 sept: Rond 10.15, rijkelijk laat zitten we op de fiets en volgen we highway 50 in westelijke richting. Er wordt regen voorspeld en links en rechts zien we onweerswolken hun lading afwerpen. Het gaat vlotjes licht bergaf en miraculeus ontsnappen we aan de vele onweersbuien die ons als het ware ontwijken. Net voor Grand Junction klimt het nog eventjes naar de afslag Vanaf Grand Junction fietsen we op een fijn kronkelend fietspad langs de Colorado rivier helemaal tot in Fruita (1.370 m) en om 16.00 u checken we al in in de Balanced Rock Inn. Op een paar druppels na zijn we gespaard gebleven van de totale déluge. ’s Avonds als we al lekker binnen zitten, gaan de sluizen open en we gaan Mexicaans eten; 84 km, 18,5 gem, 4u30
Tussenstand kilometers : 777 km.
▲Dag 16, 14 sept: We verlaten Fruita via Highway 6 en na de gehuchten Loma en Mack hebben we de weg voor ons zelf. De drukke highway 70 loopt een flink eind van ons parallel en we rijden nu door Big Sky Country. Dit is de oude highway die niemand meer neemt. Uiteindelijk komen we na een 50tal km op de 70. Gelukkig moeten we er al na 20 km weer af. Een zwaar dreigend onweersfront komt steeds naderbij en wanneer het begint te waaien en druppelen, vluchten we onder een brug. De sluizen gaan open, maar we zitten lekker droog onder de brug. Een uur later klauteren we door het slijk weer naar het brugdek en rijden we via de General Store van Cisco (curiosum !) naar de 128, één van Amerika’s mooiste “byways” die naar Moab leidt. Bij het begin waar de Colorado zich door het zandsteen massief snijdt, kamperen we op de Dewey campground (1260 m): 95 km, 18,4 gem, 5u10
▲Dag 17, 15 sept: Om 4 uur worden we gewekt door een knetterend onweer. Door het laag gelegen plekje waar we op staan, stroomt het water langs en onder onze tent door. We houden het niet droog op het grondzeil en ’s morgens als de zon weer schijnt duurt het tot 11.00 u eer alles droog is en we kunnen vertrekken. Maar wat volgt is een puur feest voor fietsers: in schitterend weer over een niet drukke weg door een weer-ga-loos western decor. We passeren zelfs verschillende “sets” waar Kevin Costner aan zijn nieuw driedelig western epos “Horizon” aan het filmen is. We vorderen traag, het gaat wel gestaag bergaf, maar om iedere hoek dient zich een nieuw adembenemend panorama aan. Aan de Mile17 Mercantile shop eten we een prijzig maar lekker broodje en kronkelen we verder langs de Colorado in dit Cowboyaans landschap. Rond 17.00 komen we op de splitsing met de drukke 191 (1220 m), slaan we rechtsaf, laten Moab achter ons en rijden via het mooie (pittige) fietspad ver van de 191 tot de camping vlak bij de junction met de 313. Op de "Sun Outdoors campground" checkt een super vriendelijke dame ons nog in niettegenstaande de "office" door personeelsgebrek al gesloten is; 64 km, 15,6 gem, 4u07
▲Dag 18, 16 sept: vanop de camping (1390 m) slaan we direct de 313 in, de weg die naar Canyonlands N.P. leidt. Dat gaat na twee haarspeldbochten in golfjes niet al te steil omhoog en net voor de afslag naar Dead Horse Point State Park parkeren we onze tent voor 2 nachten op de Cowboy campground (1870 m). Daarna rijden we naar DHPSP, slaan water in in het visitor center en bezoeken het park. Je hebt er een weergaloos zicht op de 600 meter lager gelegen Colorado en het labyrint van kloven en dalen. Op de terugweg kopen we nog een bundeltje hout aan de "entrance" station en stoken we ’s avonds een kampvuurtje. Rond 22.00 u moeten we echter onze tent invluchten voor het onweer dat we eigenlijk al 2 uur in de verte zien tekeer gaan. ’t Is nu onze toer; 56 km, 12,6 gem, 4u29
▲Dag 19, 17 sept : beetje laat (10.00u) gaan we op pad naar Canyonlands N.P. 10 km verder betalen we de entree en fietsen we alle uitzichtspunten af. Vooral het uitzicht over Shafertrail imponeert temeer we morgen deze route plannen. Deze gravel road daalt in # haarspeldbochten steil af in de dieptes van Canyonlands. Het uitzicht over de Green River is het verste voor ons haalbare punt en rond 18.40u zijn we terug aan onze campground. De rest van het bundeltje hout vliegt op de brandstapel en rond 22.00 u zitten we in onze doos; 57 km, 14,4 gem, 3u58
▲Dag 20, 18 sept: Relatief vroeg uit de veren want vandaag een spannende dag. We rijden eerst de 10 km tot aan het visitor center in Canyonlands, tanken alles wat we hebben vol water, keren 1.5 km terug en beginnen met de afdaling naar de Colorado via de Shafer trail, een steile, nauwe en ruwe gravelroad richting Moab. Het is een mooie route, het eerste gedeelte steil bergaf middels verschillende haarspeldbochten en op een eerste splitsing volgen we links de Potash road. Af en toe moeten we afstappen want de combinatie slechte weg en steiltegraad is te veel. Een wagen die ons welzijn peilt vragen we om water en van de genereuze Vlamingen (yep) krijgen we anderhalve liter water toegestopt. Voorbij de Evaporation Pools wordt het asfalt en onze slinkende voorraad water wordt weer wat aangevuld dankzij Katrien die bij Jug Handle Arch (rotsboog) een fotograferend koppel om water vraagt én krijgt. Een 5 tal km verder stoppen we bij de Goldbar campsite (1.210 m), vragen aan de groep die er kampeert nogmaals om water en krijgen prompt 5 liter. Heftig en mooi dagje ! 55 km, 12,4 gem, 4u27
Dag 21, 19 sept: vanop de campsite wandelen we eerst een mooie tocht via Bowtie Arch naar Corona Arch, een grote, ranke vrijstaande rotsboog en op de terugweg pikken we nog Pinto Arch mee. Rond 12.30 u springen we op de fiets en op de 279 rijden we verder tussen de rotswanden richting Moab. En passant zien we nog enkele Native American rotstekeningen en om 17.00 u checken we in, in de KOA campground (1.400 m) bijna 10 km ten zuiden van Moab. We plannen hier een rustdag dus een hutje is méér dan welkom ; 32 km, 13,2 gem, 2u26
Tussenstand 1.136 km
Dag 22, 20 sept : een rustdag in Moab. We boeken ’s morgens nog een extra nachtje in onze hut want morgen voorspellen ze noodweer met kans op flashfloods. Daarna dalen we 150 meter en rijden 8 km naar downtown Moab. We eten pancakes als ontbijt, doen praktisch alle souvenirshops, zoeken vruchteloos naar beschikbare huurauto’s en belanden rond 15.00 u in de Moab Brewery waar we uiteraard IPA’s drinken, T-shirts kopen én eten. Daarna gaan we voorraden inslaan voor de komende dagen en klimmen we terug naar de KOA campground. 22 km
Dag 23, 21 sept: er wordt vandaag een zondvloed voorspeld en we hebben dus een extra dagje geboekt in onze hut. We bakken pannenkoeken op ons vuurtje, gaan wat plonzen in de grote buitenlucht hot tub én het zwembad en schrijven vandaag een uitgebreid verslag met foto’s op facebook. Uiteindelijk regent het boven Moab niet zo heel veel, maar krijgen aangrenzende regio’s de volle laag ! 0 km
▲Dag 24, 22 sept; we vertrekken via de drukke 191 uit de KOA campsite (1400 m) en klimmen gestaag hoger en hoger. Bij Hole ’n the rock houden we even halt en nemen foto’s van de vele curiosa de er uitgestald staan. Verder klimmend over de 191 (continu mooie rotsen links) slaan we op de La Sal junction (1800 m) linksaf op de heel rustige 46. De Manti La Sal bergen blijven op ons neer kijken. In het gehuchtje La Sal kopen we nog water en Beef Jerky (taai maar lekker gedroogd vlees) en een aantal km voorbij dit gehuchtje bereiken we het hoogste punt (2360 m) van de dag en gaat het nu bergaf en wind achter door een machtig landschap van rotsen en kloven. Een paar km voorbij de Utah-Colorado staatsgrens (de 46 wordt nu de 90), slaan we ons tentje op tussen grote rotsen (1760 m) en kamperen heerlijk wild met een fiks kampvuurtje er bovenop; 70 km, 14,9 gem, 4u43
▲Dag 25, 23 sept: vanuit ons kampplekje stijgt de 90 een paar km tot 1900 m en daalt dan af in de Paradox vallei. In Bedrock, een gehucht van een paar huizen staat de western style General Store te koop, dus weeral geen water wanneer het meer dan welkom zou zijn. Een tweetal km verder slaan we linksaf onverhard op de Y11 weg en kronkelen we naast de Dolores rivier door de gelijknamige canyon. Mooi, mooi, mooi ! Geen kat op de weg. We zien de restanten van een “fluke”, een houten water aquaduct tegen de steile canyonwand (werd gebruikt om rivierwater naar mijnen te leiden). Uiteindelijk belanden we via een voor auto’s afgesloten krakkemikkige brug op de 141, die eerst nog wat klimt en dan continu afdaalt langs de Dolores door een machtig mooie canyon. Mooie route. Katrien merkt nog een rotsbron op en we vullen onze flessen. Weeral is water hier zeer schaars. Behoorlijk moe bereiken we rond 17.20 Gateway op 1410 m aan de voet van de machtige Palisade tafelberg, plunderen de General Store en zetten onze tent op in de buurt van de schietstand op een zanderig braakliggend terrein. Zwaar dagje; 93 km, 17,3 gem, 5u21
▲Dag 26, 24 sept: We starten om 10.30 u en onmiddellijk begint het te klimmen niet al te steil langs het West Creek riviertje. De weg is heel mooi en rustig. Het klimmen gaat vlotjes en na twee uur en half zitten we op 2050 m hoogte en blijft het een hele tijd licht op en af rond die hoogte langs groene alpenweiden en mooie rotsen. Pas aan de Unaweep Divide op 2160 m hoogte bereiken we het hoogste punt en begint het af te dalen eerst door groen bebost gebergte en later door meer woestijnachtig gebied. Rond 16.30 bereiken we uiteindelijk de splitsing met de drukke 70 (1430 m) , waar we een kleine twee weken geleden ook al passeerden, klimmen nog eventjes tot 1500 m en dalen dan af tot de buitenwijken van Grand Junction waar we inchecken in de KOA ( 1410 m) campground voor een eerste nachtje in ons tentje, gevolgd door 4 in een leuke cabin; 79 km, 15,4 gem, 5u08
Tussenstand (eindstand bepakt) 1.400 km
Dag 27, 25 sept. Tijdens het ontbijt naast ons tentje zien we dat Katriens fiets lek staat. Dat treft en ook weer niet. Het had slechter gekund. Rond 10.30 mogen we onze hut in en in de namiddag fietsen we naar Grand Junction waar we door het doodse (zondagse) centrum flaneren. We zoeken en vinden nog het station waar we binnen enkele dagen de trein zullen nemen. 18 km
Dag 28, 26 sept : Op weg naar het Colorado National Monument (CNM) informeren we in een autoverhuur kantoor of er nog wagens beschikbaar zijn. Morgen in de namiddag komt er eentje vrij en we reserveren die meteen. We fietsen door het centrum naar het CNM, betalen 25$ (toegang voor een wagen) en het begint onmiddellijk te klimmen. Via tien haarspeldbochten én een tunnel klimmen we traag (want we stoppen heel veel om foto’s te nemen) van 1500 m naar 1940 m. We rijden op de rand van een plateau en rechts van ons snijden diepe canyons in het landschap. Het oranje, rood en oker contrasteert mooi met de blauwe lucht. Bij de Red Canyon Overlook maken we rechtsomkeer en dalen we in een wip terug naar de KOA campground. We eten lekker Mexicaans voor we de campground bereiken. 51 km, 13,3 gem, 3u52
Dag 29, 27 sept: Katrien gaat deze namiddag de auto ophalen en ik vertrek per fiets om de volledige Rim Rock Drive door CNM te fietsen tot in Fruita. Zonder halt te houden klim ik in één ruk tot waar gisteren ons keerpunt was. Na dit keerpunt klimt de weg nog tot 2024 m en blijft dan min of meer op dezelfde hoogte. Ik neem uitgebreid mijn tijd om van alle uitzichtpunten te nieten, lees alle infoborden en doe alle korte trails die leiden naar panorama’s. Zo vordert het natuurlijk traag, maar ik geniet met volle teugen. Iets na 17.00 u haalt Katrien me in iets voorbij het Visitor Centre. Ik fiets nog wat door want ik heb natuurlijk nog de afdaling naar Fruita tegoed. Net voor we het Monument uitrijden zien we nog Bighorn schapen. Op de splitsing met de 340 schuif ik mijn fiets in de koffer van de gehuurde Toyota Rav4 en rijden we terug naar Grand Junction. Die avond grillen we een lekkere mega rib op de gas barbecue. 53 km, 3u29.
Dag 30, 28 sept: Vandaag hang ik ook figuurlijk mijn fiets aan de haak. Samen rijden we in de Toyota terug naar het CNM, doen de korte Coke Ovens Trail, bezoeken het Visitor Centre, dalen af naar Fruita en wandelen we nog de "Dinosaur Hill loop" en een stukje van de "Fruita Paleo Loop trail", beiden op een boogscheut van Fruita. Dan rijden we met de wagen oostwaarts via de 70 naar de Grand Mesa, een “mesa” (Spaans voor tafel) die 1800 meter boven het omliggende landschap uittorent. Op 3.200 m hoogte is de herfst al begonnen en tooien de bomen zich in de mooiste tinten geel, oranje en rood. Die avond leveren we nog de auto in en fiets ik de 6 km terug naar de KOA. 6 km
Dag 31, 29 sept: 7 km fietsen naar Grand Junction Union Station, fietsen op de bagagewagen, fietstassen bij ons in de wagon (180$ betaald voor 2 met alles, in België online gereserveerd) en 8u15 sporen naar Denver. We zitten amper een uurtje in de aan ons toegewezen zitjes met veel beenruimte, maar verkassen al snel naar de restauratiewagon mét panoramische ramen. De treinroute loopt dwars door de Rockies en is wondermooi. Bij aankomst in Denver (Union Station in het centrum) moeten we nog 30 km fietsen dwars door een donker Denver en zijn buitenwijken tot aan ons hotel op 9 km van de luchthaven. Die avond maken we nog onze valies en constateren we dat we de pedaalsleutel thuis hebben laten liggen. Probleem voor morgen, nu is het al te laat : 37 km
Dag 32, 30 sept: we staan vroeg op want we moeten op zoek naar een pedaalsleutel (inbussleutel van 8). Bij een grote garage beweren ze geen zo’n sleutel te hebben (quatsch), de twee naburige tankstations hebben die ook niet en de tijd dringt. Om 11.00 moeten we uit onze kamer en om 13.30 is onze shuttle gereserveerd voor de rit naar de luchthaven. Katrien spreekt op weg naar het hotel en al half in alarm modus twee Mexicaanse bouwvakkers aan die aan het werk zijn op een werf. Uit zijn koffer haalt er eentje de juiste sleutel en in een wip zijn de pedalen eraf. We moeten nu wel nog 1 km als een kleuter loopfiets gewijs naar ons hotel harken. Na een stressvol einde checken we rond 14.00 u onze fietsen en bagage in op de luchthaven en zit onze reis er helaas weer eens op. 5 km
EINDTOTAAL : 1.570 KM.
Hieronder vind je de tekstjes integraal terug die ik ter plaatse schreef tijdens één van onze rustdagen en die ik ook postte op Facebook. We beginnen uiteraard met post 1...
Waarschuwing, lange informatieve tekst
Howdy folks,
Een week geleden stapten we in Denver, Colorado uit het vliegtuig klaar om een ritje dwars door de Rocky Mountains naar de aanpalende staat Utah aan te vatten. "As we speak" zitten we op ons gat klaar om een pizza Amerikaans formaat naar binnen te plooien. “Buena Vista” ofte “schoon zicht” is het plaatsje waar we nu zijn nedergedaald op een gezapige hoogte van 2.400 m. De afgelopen dagen fietsten en kampeerden we gemiddeld op 2.700 m en namen we zo veel als mogelijk de kleine backroads en gravel roads. Af en toe kun je niet anders dan een groter slag weg te nemen, een tweecijferige highway en wanneer je dat combineert met het drukste verlengd weekend (Labor Day Weekend) dan stort je jezelf in een ongeziene verkeersstroom van kampeerwagens, kampeerbussen, kampeervrachtwagens en alles daartussen en eronder. Joe met de pet trekt er dan massaal op uit en de doorsnee Amerikaan doet dat vooral met dingen waar een motor in zit. Niet zelden worden we ingehaald en zien we de bestuurder hoofdschuddend van ongeloof voorbij stuiven. Wel moet gezegd dat 90 % van die chauffeurs heel galant in een wijde boog om ons heen rijdt. Niettegenstaande het blijkbaar de hele maand augustus geregend heeft en we niet zeker zijn van al dan niet droogstaande rivieren, sleuren we heel wat water mee, maar wanneer watersnood dreigt is er nog altijd diezelfde Amerikaan die soms spontaan met een “gallon” (3.78 liter) komt aandraven. En ik smijt het meteen op tafel; er kruisten al heel wat oprecht geïnteresseerde en vrijgevige Amerikanen ons pad. Een busseltje hout, water en muggenspray werden ons al genereus aangeboden.We hebben het dus flink naar onze zin. Morgen vertrekken we vanuit Buena Vista richting Gunnisson en zijn gelijknamige Black Canyon, een diep uitgesleten kloof in de Rockies. Daarvoor moeten we wel een colletje van 3.700 m over maar dat gaan we netjes spreiden over twee dagen rekening houdend met afstand en hoogteverschil (140 km/ 1.300 m). We moeten immers dwars door de keten van de Collegiate Peaks, een gezonde opeenhoping van een pak 14.000ers. 14.000 staat voor voet en betekent dus omgerekend naar ons fijn decimaal systeem bergen van meer dan 4.267 meter hoogte. Genre Kemmelberg × 27. Ha ! Idee ! Ter voorbereiding van onze volgende trip ergens met hoge bergen, 27 × de Kemmelberg op en af en dan een frisse Picon ter verfrissing en beloning. Van Picons moet je hier niet klappen, dat kennen ze niet. IPA's daarentegen, da's een ander verhaal. IPA staat voor Indian Pale Ale, dat zijn biertjes die extra hop bevatten en daardoor lekker bitter zijn. Maar we wijken af.Morgen is het werkendag en hop met de beentjes de bergen en de wildernis in. Al wie tot hier heeft gelezen, maakt kans op een Picon of IPA als je in de buurt van Zandvoorde geraakt. Have a good one ! Tot de volgende post.
... hieronder vind je het tweede Facebook berichtje ...
Je kent het ondertussen, niet het standaard kort berichtje...
Howdie,Met gezonde moed begonnen we aan de klim naar en over de Cottonwood Pass. Dat ging behoorlijk vlot dankzij schoon premium quality asfalt en geen al te steile percentages. Boven op de pas op 3.700 m hoogte werd er zelfs geapplaudisseerd door een begeleide fietsgroep die van de andere kant naar boven was geklommen. Wie klimt wordt kort daarna meestal beloond door de tegengestelde beweging en die fijne traditie wordt hier gelukkig ook gerespecteerd en dat via een mooie kloof all the way tot in Gunnison stad. Daar hebben we ons des avonds eens goed laten gaan bij de Mexicaan om er de volgende dagen weer flink in te vliegen.De route naar de Black Canyon of the Gunnison is er eentje die we boekstaven onder de term “mooi maar pèèrdelastig”. Niks, nul voorzieningen onder de route, snoeiheet en voornamelijk klimmend in grote bochten en lussen, klevend aan de bergwand zodat je de indruk krijgt dat het totaal niet vooruit gaat. Ondanks een extra tweetal geschooide liter water, plantten we onze tent uitgeput en half gedehydrateerd neer aan de Hermits Rest viewpoint. Een viewpoint, niet bedoeld om te kamperen, maar de vermetele idioot die ons zou proberen weg te jagen zou dan ook de rest van zijn verhaal in het ziekenhuis mogen doen, gealigneerde armen en benen in het gips én strootje om zijn lauw ziekenhuiswater op te zuigen incluis.We hadden speciaal voor de “North Rim” (noordzijde, oever) van de canyon gekozen omdat die minder druk is en een logisch vervolg was voor onze route. Via Crawford (na veel meter gedaald te zijn), klommen we de volgende dag terug tot in het nationale park en zijn enige campground vlak aan de kloof. De kloof zelf is fenomenaal mooi. Tot 600 m diep en soms niet veel breder dan 450 m. Via de North Rim road heb je een zestal viewpoints waar je duizelingwekkende zichten hebt. Vooral de lange stroken van kwartsiet en andere gesteenten in de kloofwanden maken deze Gunnison uniek.In Hotchkiss werden we tijdens het eten van een burger (geen inwoner maar de vlees-in-broodje versie) aangesproken door een koppel Amish, een strenge geloofsgemeenschap die moderne hulpmiddelen afzweert. Ze lopen traditioneel gekleed rond en werden door een burger (de niet eetbare versie) in een auto rondgereden. Zelf mogen ze geen auto rijden. Allicht vonden ze ons wel sympathiek om ons niet gemotoriseerd vervoersmiddel. Katrien nam een foto terwijl ze de menu van het hamburger restaurant aan het bestuderen waren. Wat de familie daar aan het doen was durfden we niet te vragen. Eventjes lekker anti Amish doen ? Soit. Ieder diertje zijn pleziertje.Via de stad Delta en de brede highway 50 (geen alternatief) trapten we richting Grand Junction. Deze stad wordt finaal het einde van ons fietsavontuur, maar nu nog niet. We plannen nog eerst een lange brede lus via Utah om een tweetal weken later terug in Grand Junction te arriveren en er dan de trein te nemen tot in Denver. We rijden dus op de 50 richting G.J. met links, rechts, voor en achter ons zeer onvriendelijke onweerswolken. We vrezen elk moment ongenadig neergebliksemd en vervolgens gesmoord te worden in een zondvloed van heb ik je even, maar op een of andere manier ontsnappen we aan elk onweersfront. Droog en niet verkoold gooien we die avond de handdoek in de ring in Fruita, een fruitig dorpje een twintigtal km voorbij G.J. Pas dan breekt de hel los, maar zitten we comfortabel bij de Fruita Mexicaan burrito’s en fajita’s te bikkelen. Van karma gesproken. Dat karma laat ons heel eventjes in de steek de dag erop wanneer we na 60 km fietsen op de 175 het spookdorpje Cisco net niet halen voor een onweer losbarst. We hebben het onheil natuurlijk zien naderen en bij de eerste vette druppels duiken we met fiets en al onder een brug. We zitten in een heel open woestijnlandschap en het brugje is een godsgeschenk. Zeer geanimeerd bestuderen we het gedruppel door het wegdek heen, de vorming van stroompjes en de geul onder de brug die zich langzaamaan vult met water. Wijzelf houden het mooi droog en na een dik uur sleuren we onze fietsen door het slijk weer vanonder de brug op het wegdek waar mens en transportmiddel eigenlijk behoren te zijn. Na Cisco slaan we linksaf op de 128, een “scenic byway” een landschappelijk wondermooie zijroute die ons onverdroten het majestueuze rijk der canyons en kloven van Utah inleidt. Maar ‘dat’ folks is voor het vervolgverhaal hier op Meta dat er bijna direct zit aan te komen. Als je het slaapkwijl ondertussen niet hoeft op te deppen welteverstaan. Stay tuned ! O ja, alle foto’s die bij dit verhaal horen zul je bij het volgende verslag zien.
...en jawel hoor, nog een derde en laatste post...
Helaas peanutbutter, méér dan zes woorden…
Dewey Bridge, waar de 128 middels een brug de Colorado overspant én de canyon induikt. Daar sliepen we op een BLM campsite (Bureau of Land Management) en werden we op een zeer onchristelijk uur brutaal gewekt door een intens onweer. Dit onding zette bepaalde plekken van de campsite onder water, waaronder ons plekje. Het grondzeil van ons 15 jaar oude Hilleberg tentje is helaas niet meer waterdicht en we konden dus dweilen. Hier en daar wat deppen en we konden weer verder slapen. ’s Morgens een aantal zaken onder de inmiddels fel schijnende zon laten drogen en rond 11.00 u konden we vertrekken. We kwamen ogen tekort voor de paar tiental km die volgden. Hoog oprijzende wanden, rotstorens, zijcanyons, noem maar op. En op verschillende plaatsen, “sets” van de nieuwe westerntrilogie Horizon van en met Kevin Costner. Cowboyaans, zo noem ik het, het landschap. Wat we kennen van de klassieke en minder klassieke westerns. Je verwacht elk moment een pijl of zes tussen je ribben en het plotse verlies van je hoofdhuid. Die hoofdhuid die ons redelijk dierbaar is, moesten we gelukkig niet doneren en na de junction met de drukke 191 belandden we die avond op een camping vlakbij de afsplitsing naar Canyonlands N.P.Licht klimmend fietsten we de volgende morgen de 313 op en ter hoogte van de afsplitsing naar Dead Horse Point State park spijkerden we ons tentje vast aan de bodem van de -jawel- Cowboy campsite; 7 plekjes rijk. Onbepakt reden we naar het state park waar je als het ware op een soort schiereiland staat. Op één zijde na gaapt een diepte van honderden meters en zover je kunt kijken zie je een labyrint van kloven en daartussen een meanderende Colorado rivier. Een onwezenlijk landschap. Op de terugweg kochten we nog een busseltje hout, gooiden het op de fietsdrager en die avond
we na onze portie zakjesvoeding (kokend water op gieten, zakje dicht, laten trekken en naar binnen harken) van een hartverwarmend knisperend haardvuurtje. Tot we omstreeks 22.00 halsoverkop de tent mochten induiken voor een onweer dat naar onze mening al lang stabiel in de verte aan het loos gaan was. Neen dus. Plots opkomende wind en dikke druppels betekenden dat het wolkenpakketje het wel degelijk op ons gemunt had. Gelukkig bleek het onweer van de goed gemanierde soort te zijn door snel voorbij te passeren. Maar het had wel abrupt onze candle light diner verstoord.Een volle dag hadden we om Canyonlands te verkennen, maar dat bleek uiteindelijk niet genoeg. Het verste punt haalden we niet omdat we ons te veel vergaapten aan de zotte zichten vooraf. Vooral het zicht op de Shafer trail, een onverharde, ruwe weg die eerst nog aan de rotswanden blijft hangen en zich dan middels een aantal haarspeldbochten de diepte in stort imponeerde en claimde onze aandacht temeer we die weg morgen gingen nemen. We zagen uiteindelijk meer dan genoeg en waren licht nerveus voor morgen. Die avond de rest van het hout opstoken (niet onderbroken door onweer) en vroeg de doos in.Vandaag Shafer Trail dag. Eerst nog langs het visitor center om al onze flessen bij te vullen en dan terug naar de trail. In geen tijd daal je af van 1800 naar 1300 meter, maar bij ons gaat er toch wat tijd over heen omdat er gewoon achter elke bocht of hoek een nieuwe schitterende foto opportuniteit loert. Mijn camera staat roodgloeiend en we weten niet waar eerst gekeken. Eenmaal we Shafer campground passeren is het gedaan met afdalen en komen er venijnige stukken bergop op een abominabel wegdek. Van het genre waarvan de vullingen spontaan uit je kiezen rammelen en je sluitspier zich met ware doodsverachting krampachtig dichtsnoert. We passeren het punt waar Thelma en Louise zich met hun voiture van de klif stortten, schooien en krijgen kort daarna van twee Vlamingen in een potige jeep anderhalve liter koud (koud!) water, passeren de evaporation pools, waar zout ontgonnen wordt en belanden uiteindelijk ter hoogte van de Jug Handle Arch (oor van de tas boog) op treffelijk asfalt. Daar troggelt Katrien nogmaals water af van twee genereuze Americanos en vijf kilometer verder zetten we onze tent neer op de Goldbar campground waar Katrien nogmaals met puppy oogjes van een groep vijf (5!) liter water afhandig ziet te maken. Dit land en zeker deze woestijnstaten denkt niet aan idioten die zich voortbewegen op niet gemotoriseerde tweewielers. Water is altijd de grootste zorg. Gelukkig zijn er altijd inboorlingen aanwezig die zich verplaatsen met grote, lange mastodonten gevuld met grote voorraden H2O. Twee door bliksem zwartgeblakerde fietsers, gescalpeerd en met pijlen doorboorde torso’s, kunnen ze gewoon geen water weigeren. Die avond verliezen we gezamenlijk nog een halve liter bloed door een zwerm onvermoeibare muggen, maar vallen moe maar zeer tevreden in een diepe slaap. De amper 32 km van de Shafer trail heeft ons (gefotografeer en bewonder incluis) een kleine zes uur gekost. Maar het was alle zweet, bloed en enige andere secretie méér dan waard.Deze morgen laten we even de tent staan en gaan wandelen. Vlakbij de Goldbar campground ligt de trailhead (start van een wandeling) voor Corona Arch. Een mooie grote rotsboog met een helaas tegenwoordig wat ongelukkige naam. De wandeling is een makkie voor ons en we zien menig Amerikaan met een iets corpulentere gabarit zwoegen en zweten. De boog zelf is een pareltje en je krijgt er “en passant” een tweede bij: Bowtie Arch. Op de terugweg kunnen we nog een derde boog scoren en dat doen we dus ook; Pinto Arch. Drie voor de prijs van één ! Die namiddag strijken we neer op de KOA campground van Moab (spreek uit: Mow Ep) en zijn we o zo blij van onze onfrisse lichamen na 4 dagen zweten en zwoegen onder een douche te stationeren. Woooaw, de simpele geneugten. Morgen een welverdiende rustdag in het mountainbike-, jeep- en offroad mekka van de States, Moab.Dit is het voorlopig. We willen allen danken voor de vele reacties. Er volgt later nog één berichtje van de rit van Moab terug naar Grand Junction.Hasta la vista baby !
Reactie plaatsen
Reacties